Een hartinfarct, hartritmestoornissen en hartfalen: Tiny (55) heeft het allemaal meegemaakt. Toch wil ze het daar niet te vaak meer over hebben. Haar leven is namelijk écht veranderd. Niet alleen door medicijnen, maar vooral doordat ze nu digitaal in contact staat met haar arts. “Die app is mijn redding geweest.”
Waar Tiny vroeger na een controle maanden moest wachten voordat ze een arts kon spreken, heeft ze nu altijd een directe lijn met haar zorgverleners. “Via een app geef ik elke week mijn gewicht, bloeddruk en hartslag door. En als ik iets voel of ergens over twijfel, stuur ik een berichtje. Dan krijg ik dezelfde dag nog een reactie.”
Dat klinkt misschien simpel, maar voor Tiny heeft het haar leven veranderd. De onzekerheid over haar gezondheid zorgde voor onrust, slapeloze nachten en sociale terugtrekking. “Mijn hoofd maakte overuren. Ik dacht steeds: het is fout, het gaat mis. Nu weet ik: als er iets is, dan hoor ik het meteen. En dat is zó’n opluchting.”
Dichtbij en laagdrempelig
Tiny is een van de duizenden mensen in Nederland die gebruikmaakt van thuismonitoring: een vorm van digitale zorg waarbij de patiënt zelf metingen uitvoert en die deelt met de zorgverlener. Denk aan bloeddruk, gewicht of hartslag, maar ook aan klachten of vragen. Voor veel mensen met een chronische aandoening, ook ouderen, is het een manier om regie te houden over hun gezondheid, zonder steeds naar het ziekenhuis te hoeven.
Thuismonitoring is niet nieuw, maar wel in opkomst. Mede dankzij de inzet van organisaties zoals Patiëntenfederatie Nederland, die zich hard maken voor zorg die beter aansluit bij het dagelijks leven van mensen. Want dat is waar digitale zorg uiteindelijk om draait: het leven makkelijker en veiliger maken. Niet alleen voor patiënten, maar ook voor zorgverleners.
Voor Tiny betekent thuismonitoring vooral rust. Ze hoeft niet meer in onzekerheid te leven en voelt zich beter in haar vel. “Ik kan gelukkig op mijn kleinkinderen passen. En hoewel ik niet alles meer kan, heb ik het gevoel dat ik weer vooruit kan kijken.”
Ook op haar sociale leven heeft het een positief effect. ‘Vroeger meden mensen me weleens. Ze dachten: ze zal het wel weer over haar hart hebben. Maar nu praat ik niet meer alleen over mijn ziekte. Ik voel me stabiel en zeker. Dat straal ik ook uit.